Bij Hoogspanningsstation Dodewaard werken de disciplines stations en kabels van Hanab Energy Solutions samen aan een project dat meer is dan alleen techniek. Deze samenwerking biedt een unieke kans om te laten zien hoe kennis en expertise van verschillende teams elkaar kunnen versterken. Gerard van der Veen, assistent-uitvoerder bij de afdeling Kabels, vertelt: “Vroeger werden we vaak als onderaannemers gezien door de collega’s van de hoogspanningsstations. Nu zien we elkaar echt als collega’s. Dat verschil in mindset maakt samenwerken veel makkelijker.”
Dodewaard is een belangrijk knooppunt in het 380 kV-hoogspanningsnetwerk, ook wel de 'stroomsnelweg' van Nederland genoemd. Door de groeiende vraag naar elektriciteit en de noodzaak om netcongestie op te lossen, was modernisering van het station essentieel. De oude transformatoren worden vervangen en er is een extra 380 kV-veld toegevoegd om meer stroomcapaciteit te realiseren.
Het project waarover Gerard vertelt, betreft een relatief klein traject van 200 tot 300 meter binnen het 380 kV-onderstation in Dodewaard – een groot verschil met de kilometerslange tracés waar de kabelploeg normaal gesproken aan werkt. Werken op een hoogspanningsstation is echter een heel andere discipline. Gerard legt uit: “Stationswerk speelt zich af op een compact werkgebied, terwijl kabelprojecten vaak uitgestrekte tracés van 5 tot 8 kilometer omvatten. Juist deze verschillen maakten de samenwerking niet alleen uitdagend, maar ook enorm leerzaam.”
Gerard vertelt over hoe hij en zijn teams kabels hebben getrokken tussen CES 11 en CES 17 – een korte verbinding naar het nieuwe 380 kV-veld dat daar wordt aangesloten. “Dit werk is uitgevoerd als onderdeel van de energietransitie, waarbij Nederland steeds meer energie vraagt en het netwerk klaar moet zijn voor de toekomst. In het oosten van het land wordt hard gewerkt om deze groeiende vraag op te vangen, en dit project draagt daar op bescheiden maar belangrijke wijze aan bij.”
Het project heeft in totaal zo’n tien weken geduurd, inclusief de voorbereidende werkzaamheden, het graafwerk, het trekken van de kabels en het herstellen van de grond. “De kabels zijn inmiddels geplaatst, maar moeten nog worden aangesloten. In maart of april worden de kabels bij CES 11 omhoog getrokken en afgemonteerd. Pas daarna kan het systeem daadwerkelijk in gebruik worden genomen.”
De verschillen tussen het team HS-Stations en het team HS-Kabels liggen vooral in de aard van hun werk en de omgeving waarin ze opereren. Het team HS-Stations werkt op compacte, overzichtelijke werkterreinen binnen hoogspanningsstations, waar precisie en samenwerking tussen disciplines zoals monteurs, technici en betonwerkers essentieel zijn. Het team Kabels daarentegen is gewend aan uitgestrekte tracés van vaak kilometerslang, met een focus op graven, kabeltrekken en bodemanalyse.
Deze verschillen in werkwijze en specialisatie vragen om een andere aanpak, maar juist daardoor leren de teams veel van elkaar. Waar HS-Stations gewend is aan coördinatie in kleine ruimtes, brengt de HS-Kabelafdeling expertise in bij grootschalige fysieke werkzaamheden. Dit project is dan ook een goed voorbeeld van hoe deze uiteenlopende disciplines elkaar kunnen versterken door samen te werken en van elkaars technieken en ervaringen te leren.
Dankzij dagelijkse overleggen verloopt de samenwerking volgens Gerard soepel. “We hebben dagelijks een dagstart en overleggen regelmatig. Dit is belangrijk, want bij stations lopen veel disciplines door elkaar, zoals ijzerwerkers, betonwerkers en kabeltrekkers. Als je dan niet goed plant, zit je elkaar in de weg. Met een goede planning besparen we op die manier dus veel tijd. We moeten niet vergeten dat we een gezamenlijk doel voor ogen hebben.”
Het project bij Hoogspanningsstation Dodewaard laat zien wat er mogelijk is als disciplines samenwerken. De combinatie van technische kennis en goede communicatie zorgt niet alleen voor een geslaagd project, maar ook voor een sterker team.
Door projecten zoals deze draagt Hanab Energy Solutions bij aan een toekomstbestendig energienet en aan een energietransitie die voor iedereen werkt.
